AMD sleept Intel weer voor het gerecht
Intel is momenteel goed voor 80 procent van de processormarkt in aantallen en voor 90 procent in omzet. Die dominantie heeft het bedrijf misbruikt om 38 verschillende computerbouwers en distributeurs op drie continenten met ‘zeven verschillende vormen van illegaliteit’ te dwingen te kiezen voor zijn producten, aldus AMD. Bedrijven als Dell, Sony en Toshiba zouden min of meer zijn omgekocht om exclusief met Intel-chips te werken. NEC kreeg volgens AMD miljoenen dollars van Intel om de inkoop van AMD-processors beperkt te houden. HP kreeg opeens minder korting toen het bedrijf zich bij zijn notebook-plannen naar Intels mening te veel inliet met AMD. Grote winkelketens als MediaMarkt zouden ook zijn gedwongen uitsluitend Intel-gebaseerde pc’s te verkopen. De beide processorfabrikanten hebben al een geschiedenis voor de rechtbank. In 1987 schakelde AMD de rechter in om Intels monopolisering van het ontwerp van de 386-chip ongedaan te maken. Daarvoor kreeg AMD in 1992 een vergoeding van 10 miljoen dollar toegekend. In 2000 schakelde AMD de Europese Commissie in. De grote rivaliteit lijkt echter vooral gegroeid na de introductie van de Opteron door AMD. Deze processor voor bedrijfscomputers bleek twee jaar geleden sneller en goedkoper dan Intels tegenhanger Xeon, een voorsprong die nog steeds bestaat. Desondanks groeit AMD’s marktaandeel nauwelijks. De rechtszaak zal waarschijnlijk een langdurige en kostbare aangelegenheid zijn voor AMD.