De nieuwe werknemer: Een beetje macha
Ruim een jaar geleden zat Breman in haar bescheiden studentenappartement met vier arbeidscontracten voor haar neus. Ze was 25 jaar en studeerde toen nog. Nu nog steeds overigens, nog een paar vakken en dan heeft ze haar studie cognitieve psychologie voltooid. Bij de keuze uit vier banen was de auto voor Breman van doorslaggevende betekenis. De arbeidsvoorwaarden van de vier contracten liepen nogal uiteen. Twee boden een mobiele telefoon, en ook was tweemaal een laptop in het contract opgenomen. Bij één van de vier zou ze geen auto krijgen, bij een andere een saaie Volkswagen Golf. Ordina bood weliswaar het laagste brutosalaris van de drie banen die ze serieus overwoog, maar de alfa gaf de doorslag. “Ik vind helemaal niet veel auto’s mooi, wat dat betreft ben ik niet echt een autogek. Maar ik liep al tijden lang rond met een lijstje op zak met auto’s die ik zou kiezen in bepaalde prijscategorieën. Het klinkt een beetje ziek misschien”, zegt ze verontschuldigend. “Een Peugeot 206 zou leuk zijn, dacht ik toen ik begon te solliciteren. Dat was mijn autokeuze tussen de twintig- en de dertigduizend gulden. Maar deze Alfa 147 stond bovenaan mijn lijstje, in de categorie tussen vijftig- en zestigduizend gulden. Bij Ordina bleek je de meeste vrijheid te hebben in de keuze van een leaseauto. Je kunt bijvoorbeeld ook een Skodaatje kiezen, de regeling was zo dat je maximaal vijfhonderd gulden boven of onder het standaard leasebudget mocht uitgeven, per maand. Ik dacht: nu het kán – ik ben jong, heb geen kinderen of hypotheek ofzo – wil ik wel heel graag deze auto rijden.” De meeste collega’s kiezen voor andere arbeidsvoorwaarden dan een dure auto, maar ‘een stuk of tien’ van hen wilden toch wel graag even in Breman’s lieveling rijden. “Hij heeft een prachtig brommend geluid”, zegt ze, “en hij rijdt gewoon zo lekker. De 156 had nog de oude motor, waardoor die auto minder goed reed. Mijn broertje en ik hebben toen een proefrit gemaakt in de 156 Sportswagon, dat viel tegen. Hij is mooi en comfortabel. De zonnekleppen hebben spiegels met van die grappige lampjes, net als in een artiestenfoyer. Verder is de grille geïnspireerd op de Alfa’s uit de ‘vorige’ eeuw, een beetje retro dus. Ik vind de auto eigenlijk vooral om de neus gaaf. Maar ook om het geluid dat de auto voortbrengt, zo’n grommende tijger idee. En het comfortabele rijden. En het moderne luxe interieur. Toen ik de auto op kwam halen, was die in een rode doek gewikkeld zodat ik de auto mocht onthullen. Vervolgens lag er nog een fles Alfa Romeo champagne op de achterbank. Ja: een dag niet gereden is een dag niet geleefd. Ik rijd doorgaans niet echt hard, maar op weg naar mijn vakantieadres in Italië heb ik me in Duitsland wel lekker uitgeleefd. Ja, ik geef toe het is wel een beetje machagedrag. Ik merk dat ik zelfs geneigd ben mijn kleding en imago aan de auto aan te passen.” In haar omgeving vinden de meeste mensen het wel stoer dat ze in deze auto rijdt. In het studentenmilieu is dat tenslotte niet bepaald doorsnee. “Zo’n auto is toch niet echt ‘gewoon’, de meeste van mijn vrienden, ook die al werken, hebben geen auto, of een oud karretje. Mijn vrienden vinden wel dat ik een beetje de yup uithang. Mijn broertjes – ik heb er drie – zijn jaloers. Vooral de middelste die nogal macho is. Mijn ouders vonden het zonde van het geld. En ik moet zeggen dat ik mezelf ook wel een beetje schuldig voelde over de milieubelasting die een auto meebrengt. Maar ja, ik heb besloten om dan maar wat minder te vliegen”, lacht ze. Laatst sprak ze een werkgever van een klein bedrijf die nijdig reageerde op de grillen van werknemers. “Hij moet op dit moment knokken voor opdrachten én voor personeel”, zegt Breman. Natuurlijk vindt ze naast haar snelle zwarte Italiaan haar werk óók leuk. Ze werkt bij Ordina aan intranetapplicaties voor het ministerie van Verkeer en Waterstaat. “Programmeren vind ik echt leuk, je ziet concreet resultaat en bent heel analytisch en creatief bezig. Verder zijn de opleidings- en groeimogelijkheden goed. De flexibele werktijden vind ik ook erg prettig: je kunt heel laat of heel vroeg beginnen. Aangezien ik heen en weer reis tussen Utrecht en Den Haag kan dat nogal wat oponthoud door files schelen. Vorig jaar hebben ze bij Ordina een flexregeling ingevoerd waarbij je geld kunt inruilen voor vrije dagen, kinderopvang, en dergelijke dingen. Je hebt eens per twee maanden een gesprek met je directe baas, en daarin kun je aangeven of je iets wilt veranderen. Ik vind die individuele vrijheid in arbeidsvoorwaarden heel prettig.” Oproep Bent u ook een postmoderne ICT’er of hebt u er één in uw omgeving en wilt u meewerken aan deze serie? Mail dan naar: Chris Nap (c.nap@wkths.nl) of Ester Schop (e.schop@wkths.nl).