De verschillen zijn er wel als de gebruikers de vraag wordt gesteld wat zij het belangrijkste aspect van hun IDE vinden. De debugger, een tool dat de ontwikkelaar bij de hand neemt bij het opsporen en oplossen van programmeerfouten, wint het daarbij van achtereenvolgens factoren als ‘gebruiksgemak’, ‘prestaties van de gebouwde applicaties’ en de editor waarin gewerkt wordt. 
Evans Data vroeg 1200 gebruikers van Macromedia Studio, Codegear Delphi, IBM RAD, Microsoft Visual Studio, MyEclipse, NetBeans, Oracle JDeveloper en Sun Studio naar hun mening over hun Integrated Development Environment en de afzonderlijke aspecten daarvan. Naast de vier hiervoor genoemde zijn dat – in volgorde van belangrijkheid – de make/build-functies, de documentatie, de mogelijkheid om tools van derden te integreren, de compiler-prestaties, de omvang en kwaliteit van de ‘community’ rond de IDE, de kwaliteit van de technische ondersteuning, de webdesigntools, de applicatiemodelleringstools, de ‘profiler’, de voorbeeldapplicaties en ten slotte de beschikbaarheid van tools van derden.Opvallend is wel dat de scores ten aanzien van deze kenmerken bij de ene IDE veel dichter bij elkaar liggen dan bij de andere. De Rational-omgeving is het meest constant, met scores tussen de 200 en 140. Delphi, daarentegen, scoort met de compilerprestaties, gebruiksgemak en de prestaties van de gebouwde applicaties rond de 220, maar laat ook vijf kenmerken zien die minder dan 100 punten scoren, waaronder de webdesigntools en de profiler (beide 60 punten). Een geval apart blijft Eclipse. In eerdere versies heeft Evans Data de standaard open-source-IDE Eclipse meegenomen in het onderzoek. Nu hebben de onderzoekers gekozen voor MyEclipse, een door Genuitec geconstrueerde en aangevulde bundel van Eclipse-plugins die bij veel grote bedrijven in zwang zijn. Evans-baas John Andrews over die keuze: “Eclipse is in feite geen kant-en-klare IDE. Het is een IDE die je zelf moet samenstellen, in tegenstelling tot de andere.” De onderdelen van de Genuitec-bundel krijgen in het Evans-onderzoek tussen de 190 en de 105 punten, waarbij uiteraard de integratie met en de beschikbaarheid van tools van derden hoog gewaardeerd worden. Eclipse vormt overigens als raamwerk ook de basis voor IBM’s RAD. Wat de precieze toekomst van Eclipse is, moet nog worden afgewacht. Op de conferentie EclipseCon 2008, eerder dit jaar, werd door Eclipse-bestuurders gesuggereerd dat het wellicht tijd wordt grenzen te stellen aan wat er allemaal mogelijk moet zijn met de Eclipse-IDE. Versie 4.0 van Eclipse is gepland voor 2010. De daarover vorige week gehouden conferentie bracht ook aan het licht dat er onenigheid is over welke versie(s) van Java Eclipse in de toekomst moet ondersteunen.
