Loonaangifteketen weer op de rit gezet
Deze maand krijgen minister Donner (Sociale Zaken en Werkgelegenheid, verantwoordelijk voor UWV) en staatssecretaris De Jager (Financiën, Belastingdienst) voorstellen voor een robuuste keten op hun bureau.
Een van de problemen was dat de Belastingdienst gegevens van werkgevers en anderen die loonbelasting moeten inhouden om die aan de fiscus af te dragen, bij ontvangst niet controleerde. Dat gebeurde pas door UWV nadat de Belastingdienst ze had doorgeleverd. Zo werden aangiftefouten later opgemerkt en konden dus langer voortduren alvorens te worden hersteld. “Dat verbaasde me”, zegt Cor Franke, lid van de raad van bestuur van CWI. Franke is sinds september ketenmanager en moet de in april vorig jaar ontdekte problemen opgelost zien te krijgen. Hij had meer om zich over te verbazen. Zo was er amper overleg tussen ketenpartners en werden processen niet gemonitord, waardoor inzicht in hun werking ontbrak en uitval van applicaties nauwelijks werd opgemerkt.
De begin 2006 ingevoerde nieuwe werkwijze moet de Belastingdienst tot enig loket maken voor inhoudingsplichtigen, die dan niet meer door UWV om gegevens worden gevraagd. Met de via de Belastingdienst ontvangen gegevens voedt UWV de Polisadministratie, een van de verplicht door de overheid te gebruiken basisregistraties. Maar voorjaar 2007 bleken zoveel gegevens te ontbreken of van slechte kwaliteit, dat de Belastingdienst toeslagen over 2006 niet definitief kon toekennen en te veel betaalde zorgpremie terugbetalen. UWV kreeg de Polisadministratie niet operationeel, waardoor afnemers verstoken bleven van gegevens.
Franke somt de oorzaken op, die een ‘integrale probleemanalyse’ vorig najaar aan het licht bracht. “De technische en organisatorische complexiteit was onderschat. Dat gold ook voor massaliteit en dynamiek van het proces. Het gaat om 650.000 inhoudingsplichtigen, die ook nog eens heel divers zijn. Naast werkgevers en uitzendbureaus leveren UWV, voor uitkeringen, en pensioenfondsen aan. Ook zijn UWV en Belastingdienst verschillend georganiseerd, is sprake van inhoudelijke complexiteit – de loonaangifte bestaat uit 150 à 200 gegevenselementen – en werd software bij beide organisaties laat opgeleverd.”
Genoemde probleemanalyse beschrijft 41 acties waarvoor evenzovele projectleiders zijn aangesteld, die wekelijks rapporteren. Twintig moesten voor 1 januari uitgevoerd zijn, anders was de werking van de keten niet gegarandeerd. Werkend wil zeggen dat afnemers van de Polisadministratie gegevens krijgen en inhoudingsplichtigen een zekere lastenverlichting ervaren. Dat was het geval als met minder dan vijf procent van de aangiften iets mis was. De operatie, door de organisaties zelf uitgevoerd, wordt aangestuurd vanuit een twintig mensen tellend ketenbureau met Franke aan het hoofd. Wanneer hij zijn zin niet krijgt, kan hij direct naar Donner of De Jager. Deze ‘doorzettingsmacht’ heeft hij tot nu toe niet hoeven aanwenden.
Eerste maatregel was het invoeren van niet minder dan 87 controles op binnenkomende gegevens. Als het niet klopt, gaat het meteen retour. Ook werd een monitorfunctie ingericht. Franke spreekt van over de hele keten geplaatste ‘metertjes’. In 2007 werden de honderd grootste inhoudingsplichtigen intensief gevolgd en werd meteen gereageerd als iets haperde. Dit jaar is de focus gericht op de vijftig grootste, en op vijftig uitkeringsinstanties en vijftig ondernemingen in het MKB.
“Er was een drama voorspeld als gevolg van de controles aan de poort”, zegt Franke. “Vijftig tot zestig procent zou uitvallen. Maar het bleef onder vijf procent, waar nu gegevens over 2007 moeten worden uitgevraagd.” Als eerste resultaat noemt hij ook een pilot met de vooringevulde aangifte, waarmee de Belastingdienst straks wil vermijden naar de bekende weg te vragen (zoals op termijn voor de hele overheid credo wordt) en bekende gegevens al in het aangifteformulier zet. De pilot is gehouden onder het personeel van beide organisaties. In het verlengde ligt het ‘digitale verzekeringsbericht’, waarmee UWV later dit jaar burgers inzage in hun gegevens in de Polisadministratie wil geven.
Franke noemt de eerste acties ‘noodmaatregelen’. Die verlangen consolidatie om de keten stabiel te maken. Dat moet medio 2008 rond zijn. Voor langere termijn is een robuuste keten nodig, bestand tegen wijzigen door nieuwe wetgeving en nieuwe afnemersbehoeften. Een van de voorgestelde maatregelen is harmonisatie van het loonbegrip. Die zou er al eerder zijn en was er begin 2006 ook, maar volgens Franke hebben de loonaangifteketen en de zorgverzekeringswet het aantal begrippen alweer op drie gebracht. Ook de ‘referteperiodes’ voor toekenning van werkloosheids-, ziekte- en arbeidsongeschiktheidsuitkeringen kunnen worden afgestemd. Daarvoor zijn wetswijzigingen nodig. Naast wetgeving kan de inrichting van de keten worden vereenvoudigd, bijvoorbeeld door aan te sluiten op overheidsbrede basisvoorzieningen en een taxonomie voor de loonaangifte te maken, zoals die bij financiële rapportages zijn nut heeft bewezen. Breder gebruik kan helpen, want dat vergroot het belang van een goed functionerende voorziening.
Als de voorstellen door ministerraad en Tweede Kamer zijn, kan er een migratieplan komen. Franke ziet dan nog wel wat ‘lastige’ punten. Zo hangen de wijzigingen sterk met elkaar samen en zijn zaken cruciaal, die buiten zijn invloedssfeer liggen, zoals de ontwikkeling van de Overheidstransactiepoort en basisregistraties. Voorts zijn er nog andere operaties, die gelijktijdige uitvoering vergen. Niet als de minst ingrijpende noemt Franke slechts de fusie van zijn eigen CWI met UWV, die eind dit jaar moet zijn gerealiseerd en ook heel wat voeten in de aarde heeft.