Multrix denkt ASP-belofte waar te kunnen maken
Het technische idee van application service providing (ASP) komt van Oracle-baas Lary Ellisson. Hij zag onmiddellijk dat internet een uniek model van informatieverwerking biedt: op het werkblad van de gebruiker zet je een uitgeklede pc die niet veel meer doet dan het toetsenbord en de beeldbuis verbinden met een grotere computer elders, waarop de feitelijke informatieverwerking plaatsvindt. Dat idee, gecombineerd met het bedrijfseconomische kunstje van ‘managed operations’, ofwel uitbesteding van het werkend houden van informatieverwerking, levert application service providing op. Het acroniem ASP zoemt al een paar jaar rond, maar de meeste praktische experimenten tot dusverre sneuvelden. ‘Hoge datacommunicatiekosten’ zeggen betrokkenen veelal, maar volgens Philip Actor speelt er meer: “Veel van die pogingen betroffen geïsoleerde programma’s. Om de voordelen van application service providing te realiseren moet je (per gebruikersgroep) álle toepassingen van de pc overbrengen naar de applicatieservers van de ASP-aanbieder. Anders blijf je toch nog zitten met die pc en de daarbij behorende beheerslasten.” Actor kan het weten. Hij is directeur van Multrix, een nog slechts enkele lentes jonge ICT-dienstverlener die zich uitsluitend richt op het op ASP-basis aanbieden van informatieverwerking, door een combinatie van huren (van softwarerechten), hosten en outsourcen. Risicogeld Toen Actor in 1999 samen met vier collega’s het ondernemingsplan voor Multrix ontwikkelde waren de verwachtingen rond internet en ASP in het bijzonder, nog niet door de realiteit getemperd. Zonder al te veel problemen haalden ‘de starters’ in 2000 met hun ASP-businessplan 6 miljoen euro risicogeld op bij een aantal ‘private equity’-beleggers. Het was het dubbele van wat Actor verwachtte binnen te kunnen halen. De beleggers verwierven voor het bedrag samen een kwart van het bedrijf. Achteraf noemt Actor een waardering van 24 miljoen euro voor een bedrijf dat alleen op papier bestaat ‘bijna banaal’. In een tweede ronde bracht een belang van opnieuw 25 procent ‘nog maar’ 3 miljoen euro op. De basis van Multrix was de kennis en ervaring die Actor opdeed als wederverkoper van het programma Citrix, dat, draaiend onder Windows, een pc in staat stelt toetsaanslagen door te geven aan programma’s op een elders opgestelde server en informatie afkomstig van die applicatieserver te presenteren op het scherm van de pc. Eigenlijk verandert Citrix een pc in een ouderwetse terminal, maar dan wel met behoud van alle grafische ‘muisgemakken’ die de gebruikers inmiddels gewend zijn van Windows. Met Citrix hoeft de gebruiker volgens Actor niet te merken dat de applicatie die hij gebruikt, niet op zijn eigen computer maar ergens anders draait: “Vanaf 16-bits Windows draait bijna alles fluitend”, zo verzekert hij. “Alleen heel oude programma’s – zoals MS/Dos- en Clipper-toepassingen – leveren problemen op. Elegant Voor de verbinding tussen opdrachtgever en ASP wordt al gauw gedacht aan internet. In zo’n geval benadert de klant z’n applicaties wellicht via een gewone browser zoals Internet Explorer of Netscape. Dat is vaak een elegante oplossing wanneer slechts één of enkele applicaties op ASP- basis worden gebruikt, terwijl er verder ook conventioneel wordt ‘gecomputerd’. Als er sprake is van een volledige overschakeling naar het ASP-model, zoals Multrix voorstaat, komen dan ook al gauw andere communicatiekanalen dan internet in beeld. Te denken valt onder meer aan huurlijnen of virtueel private netwerken op basis van glasvezeltechnologie. In januari 2001 ging Multrix van start met zes klanten, waaronder Endemol en DSM-dochter EuroResins. Daar kwamen in de loop van het jaar nog een aantal klanten bij, zodat 2001 kon worden afgesloten met een omzet van 1,5 miljoen euro. Duidelijk niet genoeg om de circa 4,5 miljoen kosten te dekken. “Maar dat wisten we”, zegt Actor. Voor 2002 verwacht hij een omzet van 2,8 miljoen. Dat is genoeg om de verliezen terug te dringen tot 0,8 miljoen euro. Het break-evenpoint verwacht Actor omstreeks de jaarwisseling te bereiken. Europa Multrix heeft inmiddels 32 klanten waarvan de meeste recente, Bakkersland, tevens de grootste is. Het contract is niet alleen de grootse voor Multrix, maar gerekend naar waarde en naar scope van applicaties waarschijnlijk tevens de grootste ASP-deal ooit binnen Europa gesloten. Bakkersland levert bakkersproducten aan supermarkten en bedrijven. Het bedrijf heeft met Multrix een vijfjarig contract gesloten voor de levering van applicatie- en hostingdiensten. Op 25 locaties zullen in totaal vijfhonderd medewerkers toegang krijgen tot applicaties die allen draaien in het rekencentrum van Multrix in Amsterdam. Op de computers van Bakkersland draait straks enkel nog Citrix en ook dat verdwijnt, want het ‘uitkleden’ van de pc’s is slechts een eerste stap op weg naar een geleidelijke vervanging van deze systemen door zogeheten ‘thin-clients’. In totaal gaat het om 31 applicaties waaronder behalve typische kantoortoepassingen als Windows Office en Lotus Notes ook zware bedrijfstoepassingen als het ERP-pakket MFG-Pro, het boekhoudprogramma AccountView en een SQL- omgeving die wordt gebruikt voor managementrapportages en datamining. Naast de managed operations van de applicaties en de datacommunicatie verzorgt Mutrix tevens de ondersteuning van de gebruikers en het dagelijks beheer van de desktopsystemen. Alleen het functioneel applicatiebeheer van enkele zelf aangepaste toepassingen houdt Bakkersland in eigen hand. Outsourcingdeal De stap van Bakkersland heeft veel weg van een outsourcingdeal. Multrix krijgt de verantwoordelijkheid voor de beschikbaarheid van de applicaties en Bakkersland zit er voor langere tijd aan vast. Een belangrijk verschil is echter dat Multrix geen apparatuur of mensen overneemt van zijn klant. Actor: “Indien vermijdbaar zullen we geen mensen overnemen. We willen alleen de beste medewerkers en die wil de klant waarschijnlijk zelf behouden voor het functioneel applicatiebeer.” Een ander verschil tussen klassieke outsourcing en ‘ASP-volgens Multrix’ is dat de laatste geen applicatieontwikkeling uitvoert voor z’n klanten. In principe huurt Multrix de software ten behoeve van z’n opdrachtgever, als dat niet kan moet de opdrachtgever de software zelf kopen en ‘host’ Multrix deze voor een vast bedrag per maand. De opdracht van Bakkersland eist in één klap zo’n procent of 10 op van de totale capaciteit van Multrix’s rekencentrum in het oude Amsterdamse havengebied. Maar met zo’n 150 Windows 2000-servers en veertien grote IBM Unix-servers op een vloeroppervlak van bijna 200 vierkante meter, is er voorlopig nog alle ruimte voor groei. Chinese muur De systemen in het rekencentrum worden draaiend gehouden door 25 operators. Dat getal omvat zowel helpdeskmedewerkers, die geacht worden de klanten te kennen, als specialisten, die de software weten te doorgronden. Verder zijn nog zeven specialisten voor applicatieintegratie verantwoordelijk. Naast deze technici staan er nog zeven commerciële medewerkers op de loonlijst. Tussen hen en de technici heeft Actor wat hij noemt ‘een Chinese muur’ opgetrokken: “De kunst van ASP is met zo min mogelijk resources zoveel mogelijk klanten te bedienen zonder dat ze elkaar hinderen of daar anderszins iets van merken. Dat botst met de belangen van de commercie, die altijd zal proberen voor bepaalde klanten het onderste uit de kan te halen, even snel iets voor elkaar te krijgen. Daarom is een changemanager bij ons geen verantwoording verschuldigd aan verkoop of marketing.” Om de belangen van afzonderlijke klanten op de vloer van het rekencentrum toch onder de aandacht te krijgen, zijn twee ‘service level managers’ aangesteld. “Zij zijn de ‘customer representatives’ en eigenlijk de enigen die de Chinese muur mogen passeren om in het rekencentrum met hun poot op de grond te stampen en te eisen dat iets ‘nu’ wordt opgelost.”