Palm richt zich op zakelijke gebruikers
De laatste tijd vertoonde de palmtopmarkt nauwelijks groei meer. Tot augustus 2002 waren wereldwijd 8,2 miljoen exemplaren verkocht, 6,5 procent minder dan vorig jaar. Maar in het zakelijke segment is er nog wel altijd sprake van substantiële groei. Gartner Dataquest verwacht dat volgend jaar 40 procent van de palmtops voor zakelijke doeleinden zullen worden gekocht, 27 procent meer dan nu het geval is. Die PDA’s zullen ook nog eens voor veel serieuzere taken dan alleen agendabeheer worden ingezet. Palm levert bijvoorbeeld de ThinAir Server, waarmee PDAgebruikers draadloos kunnen communiceren met IMAP (email)servers en applicaties als Lotus Notes en Outlook. De META Group gaat ervan uit dat 50 procent van de ondernemingen in de komende vier jaar PDA’s zal gebruiken voor logistieke operaties en verkoopondersteuning. Bedrijven als Siebel, SAP en Oracle hebben hun applicaties hier inmiddels op afgestemd. Marges Er is nog een reden dat Palm graag zakelijke PDA’s wil verkopen. De prijzen van gewone palmtops zijn de laatste jaren fors gezakt en dus zijn de marges niet interessant meer. Palm heeft daaraan overigens zelf meegeholpen door het Palm OS aan andere marktpartijen te licenseren. Gemiddeld kost een Palmcomputer 224 dollar, maar de goedkoopste modellen zijn vaak voor veel minder te krijgen. Palm zelf lanceerde vorig jaar de Zire, die voor 99 dollar in Amerikaanse supermarkten te koop is (in Nederland bij de HEMA). Maar meer dan evangelisatie is het niet: Palm hoopt mensen met een papieren agenda warm te maken voor een elektronische variant, en het liefst voor een echte PDA. Het nieuwe zakelijke model kent twee varianten. De eerste is een verkleinde uitvoering van de 500serie. Dit systeem is voorzien van een zuinige 233 MHz ARMprocessor van Texas Instruments en wordt aangedreven door Palm OS 5.0, dat ingebouwde functies heeft voor het afspelen van audio en video. Deze maand komt er een tweede Tungsten bij, die tevens als mobiele telefoon fungeert. De nieuwe modellen luiden een geheel nieuwe marketingaanpak in voor Palm. Voor het eerst hebben de PDA’s een aparte naam gekregen. "Onze vorige modellen werden met nummers aangeduid", zegt bestuursvoorzitter Eric Benhamou. "Je hield ze niet uit elkaar. Nu hebben onze apparaten een persoonlijkheid." Niet verstandig Op zich lijkt het lanceren van nieuwe palmtops in tijden dat bedrijven de hand op de knip houden niet erg verstandig. De omzet van Palm is het laatste kwartaal al met 20 procent gedaald en het nettoverlies kwam uit op 258,7 miljoen dollar. Maar juist in slechte tijden moet je met iets nieuws komen, vindt Benhamou. "Als je een sterke marktpositie hebt, kom je ook sterker uit het dal." Makkelijk zal het niet gaan. Niet alleen is er concurrentie van Microsoft, maar ook van een groeiend aantal zogenoemde Smartphones: mobiele telefoons met agendafuncties. Palm wil zich juist van die markt onderscheiden door te stellen dat een PDA voor data invoer geschikter is dan een mobiele telefoon. "Bij de aanschaf van een PDA of Smartphone zul je steeds de vraag moeten stellen wat je er precies mee wilt doen", zegt Palm directeur Dave Nagel. Het neemt niet weg dat ook Nagel zich realiseert dat de markt aan het veranderen is. Zo doen fabrikanten van Smartphones vaak rechtstreeks zaken met telecomaanbieders. Product X wordt in veel gevallen alleen door telecomaanbieder Y geleverd. Het succes van een PDA lijkt daarmee grotendeels afhankelijk te worden van de marketinginspanningen van een telecombedrijf. Hoewel Palm voor de Tungsten W met Vodafone is zee is gegaan, is er volgens Nagel geen sprake van exclusiviteit. "Onze indruk is dat telecomaanbieders hun klanten juist een rijk assortiment willen aanbieden. Onze afzetmarkt zal niet kleiner worden." Bestuursvoorzitter Eric Benhamou houdt echter wel degelijk rekening met een consolidatie. Niet alle PDAleveranciers zullen het gevecht met de fabrikanten van mobiele telefoons overleven. Met name Handspring, het bedrijf dat zich een aantal jaren terug van Palm heeft afgesplitst, heeft het de laatste tijd erg zwaar. "Ik denk niet dat ze zullen verdwijnen, maar de huidige strategie levert in elk geval te weinig winst op", constateert Benhamou. Handspring is een van de licentienemers van Palm Source, het softwarebedrijf dat eind 2001 werd verzelfstandigd. Palm en Palm Source zijn inmiddels ook fysiek van elkaar gescheiden en kunnen los van elkaar beslissingen nemen. "Theoretisch zou de hardwaretak voor een ander OS kunnen kiezen, zoals ook de softwareafdeling kan besluiten om een andere richting in te slaan", zegt Benhamou. Door de activiteiten te scheiden kan Palm zich beter op zijn kerntaken concentreren. Zo wil het bedrijf de buitenlandse markt nog beter bewerken. Palm heeft weliswaar een R&Dlab in ZuidFrankrijk, maar de aanwezigheid van Palm in de rest van Europa beperkt zich nog te veel tot verkoopkantoren, terwijl de verkoop juist in dit deel van de wereld aantrekt. De meeste PDAgebruikers bevinden zich in Nederland en Zwitserland. Benhamou verwacht dat de PDAmarkt de komende jaren dan ook sterk zal aantrekken. De belangrijkste buitenlandse markt voor Palm wordt China, waar veel mensen Engels studeren. "Je zou woordenboeken of vertaalprogramma’s op de Palm kunnen zetten", filosofeert Nagel. Onmogelijk is het niet, want Palm OS is al in het Chinees vertaald. Eric Benhamou moet wel toegeven dat alle mooie voornemens makkelijk doorkruist kunnen worden door de grote rivaal Microsoft. "Microsoft kan veel meer aan marketing spenderen dan wij. We zullen dus slimmer op de markt moeten opereren."