Spraaktechologie nog niet vanzelfsprekend
Het waren de afgezanten van de spraakindustrie zelf die in de tweede helft van de jaren negentig van vorige eeuw de verdwijning aankondigden van het vermaledijde toetsenbord en de RSI opwekkende muis. Keer op keer proclameerden ze dezelfde mantra dat het gesproken woord de meest natuurlijke interface was tussen mens en machine. Ze baseerden hun veerkrachtig optimisme op de kracht van de eerste Pentium-processor, want spraakherkenning vreet rekenkracht.
Gebruikers zouden niet langer een aparte geluidskaart moeten kopen, want die werd voortaan standaard ingebouwd in de pc. Bovendien kon de industrie rekenen op de introductie van continue spraakherkenning die grote woordenschatten aankon, in tegenstelling tot de discrete systemen van weleer die slechts een beperkte woordenschat herkenden en dan nog enkel op voorwaarde dat de gebruiker bereid... was... elk... woord... afzonderlijk... uit... te... spreken.