Venture capitalists

¤ 16,2 miljoen¤ 700.000Ogen VC-wereld zijn gericht op overheid De venture capital wereld is normaal gesproken een wereld van snelheid, lef en onafhankelijkheid, maar de ogen zijn in deze bedrijfstak nu gericht op de overheid. Vrijwel elk jaar is er na de zomer en de vakanties onder private investeerders een opleving in activiteit te zien waarbij meer transacties worden afgesloten. Maar deze opleving doet zich dit jaar niet voor. De passiviteit kan waarschijnlijk grotendeels worden verklaard door de beslissing die het ministerie van Economische Zaken binnenkort gaat nemen over de toekenning van gelden uit het Technopartner-fonds. Dit is een fonds waarbij risicodragend kapitaal aan investeringsmaatschappijen wordt toegekend, die daarmee onder gunstige voorwaarden mogen investeren. Een groot aantal particuliere fondsen heeft een aanvraag bij EZ ingediend en het ministerie beslist aan het eind van deze maand welke participatiemaatschappijen daarvan kunnen profiteren. De investeringsluwte betekent niet dat de private financiers helemaal niets ondernemen. Maar de nadruk ligt meer bij het werven van nieuwe fondsen en hier en daar een vervolginvestering. Daarnaast hangen al enkele maanden investeringen in nieuwe ICT-bedrijven boven de markt, van relatief kleine financiers als Imerge, Partim en Solid Capital Partners. Om uiteenlopende redenen hebben deze een doorlooptijd van enkele maanden. Snoepreisje Algemeen gesproken lijkt de concrete activiteit rond venture capital in Nederland verder te verschuiven naar de overheid, en de vraag is of dat een positieve ontwikkeling is. Zo financierde het ministerie van EZ onlangs een tripje voor tien innoverende Nederlandse bedrijven naar Silicon Valley in het kader van het initiatief Netherlands Technology Showcase 2005. De deelnemende bedrijven, waaronder de ICT-bedrijven Epyon en Opalio, mochten er presentaties houden voor gerenommeerde Amerikaanse financiers zoals Kleiner Perkins en Draper Fisher. Ook de in die streken onvermijdelijke Roel Pieper was van de partij. Het is echter de vraag of de organisatoren van de Showcase hun klassiekers kennen. Dan hadden ze de deelnemende Nederlandse ICT-bedrijven duidelijk kunnen maken dat er geen voorbeelden bekend zijn van Nederlandse ICT-startups die het in de VS hebben gemaakt. In de loop der tijd hebben wel meer dan tien jonge Nederlandse bedrijven het geprobeerd, en sommige waren aanvankelijk succesvol, maar om uiteenlopende redenen eindigden dergelijke initiatieven in doffe teleurstellingen, vooral voor de oprichters van de bedrijven. Steeds bleek uiteindelijk de fysieke afstand te groot en de Amerikaanse markt te verschillend. BitMagic, het geflopte initiatief van Michiel Frackers, die als coach bij dit initiatief aanwezig was, is slecht één voorbeeld. Proeven aan de sfeer in de Valley kan stimulerend zijn en het contact leggen met grote Amerikaanse investeerders altijd leerzaam, maar zonder deskundige begeleiding overstijgen dergelijke initiatieven, door de belastingbetaler gefinancierd, helaas niet het niveau van veredeld snoepreisje.