‘Programma open source mist ambitie’
Met het programma willen de ministeries een beleid realiseren dat zorgt voor het toepassen van open standaarden en ‘het meenemen van opensourcesoftware als nieuwe optie’ bij het nemen van aanschafbeslissingen. Het programma vloeit onder andere voort uit een kamermotie van GroenLinks. Op de daarin vermelde termijn waarbinnen alle overheidssoftware aan open standaarden zou moeten voldoen (2006), willen de beide ministeries zich niet vastleggen. Kees Vendrik, het GroenLinks Kamerlid wiens moties mede aanleiding waren voor het programma, vindt het voorstel absoluut niet ambitieus genoeg. "Het stuk gaat vooral over nieuwe software. Het zou er nog moeten bijkomen dat de overheid anno 2003 durft op te schrijven dat wanneer de overheid nieuwe software aanschaft, deze mag voldoen aan gesloten standaarden. In die zin vind ik de nota getuigen van opschrijven van wat erg logisch is. Het is niet de brandende ambitie die ik in de motie heb gelegd." Vendrik vindt het voorstel een tamelijk zielloos en technisch stuk. "Open source is niet alleen een kwestie van het hebben en vrijgeven van je broncode, maar gaat ook over hoe je de creativiteit in de ICTmarkt benut en hoe je als overheid je marktmacht inzet." Hij wil verder gaan dan de beperkte ‘instrumentvorming’ waar het voorstel over rept. "Maak bijvoorbeeld bestaande budgetten vrij om een aantal generieke opensourcepakketten te laten maken en die op een centraal punt beschikbaar te hebben voor iedereen in de publieke sector. Dan zouden de hoofden informatisering bij de gemeenten ook echt een alternatief hebben." De Nijmeegse gemeenteraad heeft zich onlangs al uitgesproken voor het gebruik van open standaarden en opensourcesoftware. Nu onderzoekt Nijmegen wat dat in de praktijk betekent. Johan van der Waal, adviseur van het bestuur van de VIAG (de ITkoepel van de Nederlandse gemeenten), vindt dat symptomatisch voor wat het voorstel teweeg kan brengen. "Het zijn mooie concepten, maar ik zie geen implementatieorganisatie die de invoer daadwerkelijk gaat begeleiden. De centrale overheid doet meteen een beroep op de autonomie van de gemeenten", zegt De Waal. "Begrijp nou eens dat dit niet door vijfhonderd individuen opgepakt kan worden. Je kunt niet verwachten dat allerlei kleine gemeenteraden zich daarin gaan verdiepen. Als VIAG roepen wij al twee jaar ‘laat dat nou vanuit een centrale overheid gebeuren’."