Nederland op achterstand in vergelijking met België

Vorige maand publiceerde het Belgisch-Nederlandse internetonderzoeksbureau InSites Consulting een onderzoeksrapport over het gebruik van breedband internet in Europa. Centraal stond de situatie in België. Daar werden circa 735.000 regelmatige internetgebruikers geteld die thuis over een breedbandverbinding beschikken. Daaronder wordt een kabelaansluiting of ADSL verstaan. De definitie van de ‘regelmatige’ gebruiker werd ruim opgevat. Voor de ballotage volstond het dat de gebruiker eenmaal per maand actief was op het internet. Ruim zestigduizend Belgische internauten werkten aan het onderzoek mee. Bijkomend telefonisch onderzoek onder tweeduizend gebruikers rondde het veldwerk af. Uit het onderzoek bleek dat één op elke drie regelmatige internetgebruikers thuis over een breedband met het internet verbinding beschikt. Dat aantal is gelijk te stellen met een penetratie van het breedbandgebruik van ongeveer negen procent van de volwassen bevolking. Dat is evenveel als in de VS en flink wat meer dan het Europese gemiddelde van circa zes procent. In Nederland heeft slechts één op elke vier regelmatige surfers beschikking over een breedbandverbinding thuis. De Scandinavische landen Zweden en Denemarken scoren traditioneel beter met respectievelijk veertien en dertien procent. Opvallend is dat uit de studie blijkt dat bij onze zuiderburen sprake was van een stijging van het breedbandgebruik met vijftig procent gedurende het afgelopen half jaar. InSites verklaart die opmerkelijke toename op grond van de agressieve reclamecampagnes die door de leveranciers, Telenet en Belgacom, in de afgelopen periode werden gevoerd. Ook de ervaring van de gebruikers zelf speelt kennelijk een rol. Meer ervaring leidt tot een groter verlangen naar internetconsumptie. Een gratis inbelverbinding is dan niet langer attractief. Een kwalitatief hoogstaande verbinding met het internet via kabel of ADSL met een flat fee is dan al gauw veel kostenefficiënter dan een gratis inbelverbinding die gepaard gaat met een vooraf niet in te schatten aantal telefoontikken. Ook de liberalisering van de telecommarkt in België heeft bijgedragen aan de sterk verbeterde situatie. Het monopolie van voormalig staatsbedrijf Belgacom is al enkele jaren doorbroken. Inmiddels hebben de alternatieve leveranciers zoals Telenet ruim de tijd gehad om hun kabelinfrastructuur op te tuigen met bidirectionele functionaliteit. Multimedia Wat de studie van InSites ook duidelijk maakt volgens marktvorser Steven Van Belleghem is dat één op de zes Nederlanders niet tevreden is over datgene wat het internet hen te bieden heeft. ‘In Nederland gebruiken surfers nog vaak een trage en gratis telefonische aansluiting. Bovendien blijkt uit onze Nederlandse studie dat één op zes van hun internauten ontevreden is over wat het internet hen te bieden heeft. Ze beperken hun gebruik van het medium heel sterk en zijn dus zeker niet geïnteresseerd in breedband.’ In België zouden meer internetgebruikers bereid zijn om bewust een vast bedrag per maand aan hun internetgebruik te koppelen. Kan het verschil verklaard worden door het cliché van de Hollandse zuinigheid? Wellicht niet. De kwaliteit van de ervaring met het internet zelf is een betere verklaring. Het aantal inbelabonnementen, al dan niet gratis, neemt in België gestaag af. Dat neemt niet weg dat nog steeds circa 45 procent van de populatie gebruik maakt van een gratis verbinding. Dat was goed een half jaar geleden nog 55 procent. Als de dalende trend zich doorzet betekent dit dat er op termijn sprake kan zijn van een consolidatie, mogelijk zelfs van liquidatie onder de aanbieders van betalende en gratis modemverbindingen. Volgens Van Belleghem evenwel is de motivatie van de gebruikers belangrijker als het gaat om de kwaliteit van de verbinding. ‘De nieuwste toepassingen op het net zijn meer en meer multimediaal en een breedbandaansluiting wordt dus stilaan een must.’ InSites stelt vast dat surfers bereid zijn om te betalen voor diensten via het net. Op de eerste plaats komt software die surfers een stuk makkelijker via het net bestellen en downloaden dan dat ze naar de computerboer hollen. Ook video on demand oogt potentieel populair. ‘In het kader van de huidige ontwikkelingen op het vlak van digitale televisie is het belangrijk vast te stellen dat één op vier van onze internetgebruikers bereid is te betalen voor video on demand via online toepassingen, zij het via internet of in de nabije toekomst via digitale televisie.’ Tenslotte zou ook de verbreiding van digitale fotografie als een soort van katalysator werken. Van de regelmatige gebruikers beschikt één op de vijf over een digitale camera. ‘Veel gebruikers maken er hun hobby van om digitale beelden te maken en deze razendsnel te verspreiden via het net onder vrienden en familie.’