MIT maakt een haast onverwoestbaar mobieltje
Onderzoekster Angela Belcher van het MIT kwam er achter dat het schelpmateriaal eigenlijk vanzelf aangroeit, de bewoner van de schelp zorgt alleen voor het aanleveren van de grondstoffen, de preparatie daarvan en de creatie van een milieu met de juiste concentraties chemicaliën.De zeeoor gebruikt voor zijn schelp alleen calciumcarbonaat. Bij het MIT kwamen ze op de gedachte om ook andere verbindingen te proberen. In het laboratorium experimenteerden Belcher en haar team met virussen. Zo werd via genetische manipulatie een virus gemaakt dat zich hecht aan kobaltoxyde. Die combinatie vormt een dunne film, die kan worden gebruikt als stroombron. “We zijn nog niet zover, maar het is denkbaar dat je over een paar jaar een vloeibare batterij maakt die je simpelweg over een schakeling heen giet die gevoegd moet worden”, zegt Belcher in de studentenkrant van het MIT.
Andere toepassingen hebben betrekking op de robuustheid van de materialen. Een mogelijkheid is om de kastjes van mobiele apparatuur net zo zelfherstellend te maken als de schelp van de zeeoor. Belcher: “Als er een barst in zo’n schelp komt, dan kan die in zeer korte tijd worden hersteld, door er nieuw materiaal tegenaan te laten groeien. Wij hopen met mobiele systemen iets soortgelijks te doen. Laat je dan je mobiele telefoon vallen, dan kan de behuizing die door de val kapot gegaan is vanzelf weer dichtgroeien.”
Een volgende stap is nu het bepalen van de richting van het onderzoek. “We denken onder andere aan componenten op de schaal van halfgeleiders, als aanvulling of verbetering van chips. Een andere mogelijkheid is het laten groeien van nanosensoren, die in staat zullen zijn om zeer kleine concentraties van bepaalde stoffen te detecteren. Een derde mogelijkheid wordt gevormd door efficiënte brandstofcellen. Ik denk dat we uiteindelijk kiezen voor een project dat een materiaal oplevert waar zoveel mogelijk mensen profijt van kunnen hebben”, stelt Belcher./r.keijzer@sdu.nl