Certificatie Wi-Fi in Europa van start

Het eerste testlab stond in Californië. De opening in maart van het Europese laboratorium, in het Britse Reading, wijst er volgens de Weca op dat de vraag naar Wireless Local Area Networks (WLan’s) in een stroomversnelling is geraakt. Tot de grondleggers van Weca behoorden 3Com, Cisco, Intersil, Agere, Nokia en Symbol. Later hebben Microsoft, Intel en Intermec zich in het bestuur ingekocht. “Weca telt nu ruim 140 leden, waarvan 65 producten voor eindgebruikers maken”, vertelt hoofd communicatie Brian Grimm. “Sommige leden zijn service-provider of leveren chipsets. Je kunt zo’n chipset op allerlei manieren implementeren. Daarom certificeren wij alleen eindproducten.” Sinds de start in mei 2000 heeft de Weca ruim 270 producten goedgekeurd, waarvan 37 procent basisstations en 32 procent pc-kaartjes op bankpasformaat. Alleen het laatste jaar al zijn er 190 producten met het Wi-Fi-logo bijgekomen. Uit de doos De verkoop van 802.11b-producten is volgens Grimm pas goed van de grond gekomen sinds er gecertificeerde producten verkrijgbaar zijn. “De reden is dat het om gecompliceerde technologie gaat. Door de eisen die Weca stelt aan interoperabiliteit kunnen consumenten de producten gelijk uit de doos gebruiken. Wie een Wi-Fi-product koopt van bijvoorbeeld Cisco of Nokia, moet ervan op aan kunnen dat ze met elkaar samenwerken.” De huidige Wi-Fi-standaard werkt op een frequentie van 2,4 GHz en laat snelheden tot 11 megabit per seconde toe. “De doorvoersnelheid voor data is ongeveer 60 procent daarvan. Maar 6 megabit is voor de meeste toepassingen meer dan genoeg”, stelt Grimm. Toch is er al een snellere variant ontwikkeld: 802.11a (Wi-Fi5), voor een topsnelheid van 54 megabit in de 5 GHz-band. Weca hoopt nog dit kwartaal met de certificering van Wi-Fi5-producten te kunnen beginnen. De Europese autoriteiten willen vóór ze Wi-Fi5 toelaten eerst bewijs dat de apparatuur geen schadelijke storingen veroorzaakt. Een IEEE-werkgroep buigt zich over de benodigde aanvullingen op de 802.11a-standaard. Grimm verwacht dat die klus in het derde kwartaal wordt afgerond en dat de eerste certificaties van Wi-Fi5 voor Europa begin 2003 kunnen plaatsvinden. Er is nog een derde variant op komst, de IEEE 802.11g-standaard. Die reikt ook tot 54 Mbps maar werkt op 2,4 GHz, wat een grotere actieradius oplevert. Daar staat tegenover dat Wi-Fi5-netwerken meer capaciteit hebben doordat in het 5 GHz-spectrum meer kanalen beschikbaar zijn. De specificaties van 802.11g zijn nu nog niet definitief. De eerste, door Weca goedgekeurde, producten zullen naar verwachting pas in het tweede kwartaal van 2003 op de markt komen. Prijzen van deze nieuwe technologie zijn nog niet bekend. Overigens verwacht de Weca dat er ‘dual band’-producten komen die op beide frequenties (2,4 en 5 GHz) kunnen werken. Afgelopen jaar is veel te doen geweest over de volgens critici gebrekkige beveiliging van draadloze netwerken. De toegepaste encryptie (Wired Equivalent Privacy, kortweg WEP) bleek makkelijk te kraken. Fabrikanten werken aan een korte-termijnoplossing, het Temporal Key Integrity Protocol (TKIP), dat overweg kan met de meeste bestaande apparatuur. Weca-leden verwachten dit kwartaal producten klaar te hebben en in het derde kwartaal te kunnen gaan testen. Verdere verbetering valt te verwachten van sterkere encryptie in de vorm van de Advanced Encryption Standard (AES). Ratificatie van deze standaard is gepland voor het derde kwartaal. AES-producten zullen niet eerder dan in april-juni 2003 op de testbank liggen.