Amersfoorts bedrijf pioniert in Hongarije
MarketResponse is de Hongaarse dochteronderneming van een gelijknamig bedrijf in Amersfoort, gespecialiseerd in de dataverwerking van marktonderzoeken. De Amersfoortse onderneming begon over de grenzen te kijken, toen het twee jaar geleden vrijwel onmogelijk bleek om in Nederland nog dataprocessors te vinden. Band Omdat India inmiddels wat duur aan het worden was, viel het oog op Sri Lanka of Hongarije. Het eerste land viel af vanwege de onzekere politieke situatie en de slechte infrastructuur. Bovendien hadden de aandeelhouders van MarketResponse een zekere band met Hongarije, dus lag dat land voor de hand. Minder voor de hand lag de keuze van Debrecen, een stad die door de inwoners ‘het grote dorp’ wordt genoemd. En niet voor niets, meent Christel Koerhuis, belast met de marketing van het Hongaarse bedrijf, dat zich naast dataprocessing toelegt op softwareontwikkeling. “Er wonen hier een paar honderdduizend mensen, maar de stad oogt en voelt als een dorp. Er wonen hier met mij erbij welgeteld drie Nederlanders. De mentaliteit is ook heel dorps. Boedapest vinden ze te groot en lawaaiig en het buitenland is helemaal ver.” Avontuur Juist dat maakt Debrecen voor een IT-bedrijf interessant, want mensen lopen niet snel weg. Een topsalaris in Boedapest of verblijfsvergunningen voor IT’ers in Duitsland of Amerika? In Debrecen hoef je er niet mee aan te komen. “Als onze mensen voor scholing naar Nederland moeten, vinden ze dat al een heel avontuur en maken ze zich grote zorgen over hun warme maaltijd tussen de middag.” MarketResponse Hungary heeft twee belangrijke poten: dataverwerking en softwareontwikkeling, bij voorkeur voor Nederlandse bedrijven. Het bedrijf zou graag meer Nederlandse klanten hebben, maar heeft gemerkt dat de drempel om softwareontwikkeling uit te besteden aan een buitenlandse onderneming behoorlijk hoog is. “Er bestaat zorg over de veiligheid, maar dat is onnodig. Onze werknemers tekenen een geheimhoudingsverklaring en werken in principe voor een vaste klant. Een van onze klanten was zelfs betrokken bij de sollicitatiegesprekken voor de programmeurs die voor hem werken. Die zitten alleen op zijn project, op niets anders. In feite is het een beetje zijn personeel. Wel moet je de planning en de communicatie met de opdrachtgever op zo’n afstand heel goed organiseren.” Op de vraag, waarom zo’n bedrijf uiteindelijk niet een Hongaarse onderneming zou opzetten, zegt Koerhuis: “Je moet dat niet onderschatten. Als ons een ding is tegengevallen, dan is het de Hongaarse bureaucratie.” Niet alleen de bureaucratie, maar ook de werkmentaliteit was een kwestie van wennen. Of beter: van veranderen: “Aanvankelijk namen mensen helemaal geen verantwoordelijkheid. Ze hielden zich exact aan hun taak en deden niets daarbuiten. We hebben er echt heel hard aangewerkt om dat te doorbreken, en dat is inmiddels ook wel gelukt.” Inventiever “Aan de andere kant vind ik Hongaren veel inventiever dan Nederlandse IT’ers. Ze hebben hier dingen ontwikkeld, waar ons moederbedrijf in Amersfoort ook van profiteert. Bij marktonderzoek zijn bijvoorbeeld bepaalde stappen, die je altijd moet doen. In Nederland deden ze dat dus ook gewoontegetrouw. Hier ging iemand achter de computer zitten en maakte een programmaatje om dat karwei te automatiseren.” Die creativiteit valt ook de Nederlandse klanten op. “Wij hebben een klant, die zelf in software voor dataprocessing zit en die inmiddels zijn hele ontwikkelingsafdeling naar ons bedrijf heeft overgebracht.”