Zo sluipt het parkietenbrein onze computer in

Begin dit jaar publiceerden wetenschappers van de Cornell University en Intel al een onderzoek in het wetenschappelijk tijdschrift Nature waarin zij demonstreerden dat een computer kan ruiken. In dat onderzoek werd gebruik gemaakt van de Loihi-chip, waarop de verwerking plaatsvindt met behulp van kunstmatige neuronen.

Deze manier van dataverwerking kan veel beter omgaan met 'bursts' aan informatie die verwerkt moet worden. Dat kan doordat de verwerking niet synchroon plaatsvindt zoals met traditionele chips die allemaal met een klok werken. In plaats daarvan wordt gebruik gemaakt van asynchrone verwerking in duizenden kunstmatige neuronen die verbonden zijn met synapsen, net zoals in het brein.

Taak naast CPU en GPU

Mike Davies, director Neuromorphic Computing bij Intel Labs, legt uit dat de neuromorfische chips nooit een vervanging kunnen zijn voor conventionele chips, maar dat ze wel voor specifieke taken een rol kunnen krijgen naast GPU's en CPU's in toekomstige computers. Ook kunnen ze worden toegepast in sensoren zoals camera's en maken ze nieuwe toepassingen mogelijk zoals elektronische huid.

Rond de ontwikkeling van neuromorphic computing is inmiddels een heel ecosysteem ontstaan van 120 onderzoeksgroepen. Veelal zijn dat academische groepen, maar bijvoorbeeld ook IT-dienstverlener Accenture doet daaraan mee, net als 10 bedrijven uit de Global 500. Het gaat nu nog om een prille start, maar Davies verwacht de eerste commerciële toepassingen wel binnen enkele jaren. "Niet van Intel, maar meer van partners uit de sensor-industrie."

Opstartkosten

Een van de problemen die nog moeten worden opgelost, zijn de hoge kosten van de productie van de chips. Omdat ze geen standaardontwerp hebben  - zoals een DRAM-chip - kan ook geen gebruik gemaakt worden van de schaalvoordelen die bij DRAM-productie wel mogelijk zijn.