SOAP-standaard staat ter discussie
SOAP is nodig voor het functioneren van webdiensten (‘web services’). SOAP zorgt er, simpel gezegd, voor dat gedistribueerde stukken software met elkaar kunnen communiceren. De daarvoor tot dusver gebruikte mechanismen, zoals Corba en DCom, zijn niet ontworpen voor het web. SOAP daarentegen laat software communiceren via XML-boodschappen en zorgt dat die goed samenwerken met het voor internet fundamentele HTTP-protocol. Roy Fielding, één van de architecten van HTTP en actief binnen de W3C, heeft de knuppel in het hoenderhok gegooid door zich openlijk af te vragen of de nieuwe SOAP-specificatie geen kloof creëert tussen webdiensten en het web. “Er zijn fundamentele verschillen tussen de raamwerken voor ‘remote procedure calls’, zoals Corba, DCom en SOAP, en hoe het web is ontworpen”, zegt Fielding. Hij vindt dat SOAP de fundamentele principes van het web moet volgen, zoals de verbindingen tussen adressen en inhoud, en het gebruik van HTML. Anne Thomas Manes, lid van de W3C-werkgroep die aan SOAP sleutelt, vindt dat Fielding de plank misslaat: “We gebruiken HTTP alleen maar als een transportmiddel.”