Merendeel blockchainprojecten haalt nooit eindstreep

Sander van Loosbroek, director distributed ledger technology bij Cegeka, herkent de cijfers. Hij heeft ook veel onzinprojecten voorbij zien komen. “De afgelopen jaren waren partijen overdreven enthousiast over blockchain. Voor oplossingen waarvoor het niet zo zinvol was, werd dan toch gedacht aan blockchaintechnologie.” Forrester kan zich vinden in die gedachte. “Aan een kant van het spectrum zien we organisaties met enorme projecten starten, waarvan ze weten dat het een lange en lastige reis gaat worden. Aan het andere kant zien we beslissers een blockchainproject eisen terwijl ze niet goed kunnen uitleggen waarom.”

Van Loosbroek ziet het tij wel keren. “Er wordt beter nagedacht over een blockchain. De instroom van het aantal PoC’s neemt af. Daardoor gaat het aantal successen omhoog.” Bovendien wordt een deel van de gestarte projecten volwassen en in productie genomen. “Bedrijven denken na over de volgende stappen van hun PoC, er worden roadmaps uitgezet. Organisaties gaan er serieus mee aan de slag.”

Nuchterheid

Ook merkt hij een bepaalde nuchterheid bij bedrijven. Bij projecten wordt eerst nagedacht wat de afschrijving is van de technologie die de blockchaintoepassing zou moeten vervangen. “Als een blockchaintoepassing van een besparing van 10 procent oplevert, maar je afschrijving is 80 procent van de IT-kosten dan kun je beter eerst de technologie die je hebt staan afschrijven en gebruiken.. De adoptie gaat daardoor langzaam, maar dat is goed want mensen beseffen dat ze niet alles wat ze hebben staan uit het raam moeten gooien.”

Wat Van Loosbroek betreft zijn we de hype van blockchain voorbij. Niet alleen gaan gebruikers serieuzer om met de technologie, ook de technologie zelf is inmiddels volwassen genoeg voor een productieomgeving. “Een aantal voorbeelden: Singapore Airlines heeft een loyaliteitsprogramma opgezet op basis van blockchaintechnologie. Het We.Trade-project draait op Hyperledger. Op Corda worden nu de eerste oplossingen in productiegenomen. Het alpha en bètawerk heeft plaats gemaakt voor stabiele oplossing en API’s met backwards compatibiliteit.”

Specialisatie

Bovendien specialiseert de technologie zich, merkt Van Loosbroek. “Bedrijven worden steeds kritischer over de alomvattende blockchain en kijken steeds beter naar welke blockchain geschikt is voor het probleem dat ze willen oplossen. Dat is een belangrijke ontwikkeling, want als je die specialisatie niet hebt dan is de technologie voor alles een beetje geschikt en daarvoor nergens perfect. Ook de blockchainontwikkelaars zelf beseffen dat, zij begrijpen steeds beter op welke terreinen ze waarde kunnen toevoegen en waar ze niets in de melk te brokkelen hebben.”

Waar nog verbetering plaats kan vinden, is het ecosysteem. Aan de ene kant zijn er positieve ontwikkelingen, merkt Van Loosbroek. “De consortiastructuur wordt volwassen. Mensen begrijpen beter hoe je met elkaar in een consortium een project opzet en je ziet ook meer consortia opstaan.” Maar het blijft lastig om goede mensen met ervaring te vinden. “Daar heeft iedereen last van”, merkt Van Loosbroek.

Dat de afgelopen jaren in het teken stonden van experimenteren, legt de technologie geen windeieren, merkt Van Loosbroek. Juist nu is een goed moment om in te stappen. “Voorheen moest je met een kapmes door de hypejungle, maar nu de nuchterheid is neergedaald zijn er heel veel bruikbare usecases. Als je je er nu in wilt verdiepen, is er veel meer te vinden dan de twee slidedecks die in 2013 op het internet stonden.”