Ondanks 'groot risico' steeds meer studentgegevens in Amerikaanse clouds
Het risico is dat Amerikaanse opsporingsdiensten gegevens kunnen opvragen bij deze commerciële partijen, die zo'n verzoek niet mogen weigeren. Bovendien maakt het de onderwijsinstellingen afhankelijk van deze commerciële partijen, wat een onwenselijke ontwikkeling is, volgens critici.
De gesignaleerde trend van cloudopslag voor studentendata komt uit een internationaal onderzoek van het Duitse Max Planck instituut en de Technische Universiteit van Wenen, waar het FD over schrijft. Nederland springt er wat betreft Amerikaans cloudgebruik door het onderwijs uit ten opzichte van andere Europese landen.
De gegevens die aan de Amerikaanse bedrijven worden toevertrouwd betreffen onder meer persoonsgegevens en studieresultaten maar ook onderzoeksgegevens en digitale lessystemen. In een reactie tegenover het FD zegt de branche-organisatie Universiteiten van Nederland (UNL) niet bij te houden welke gegevens en hoeveel data er in de cloud worden opgeslagen. UNL ziet wel het gevaar van de ontwikkeling. De landelijke studentenvakbond LSVb keurt de ontwikkeling af.
Voorbeelden van misbruik positie
Volgens onderzoeker Tobias Fiebig van het Max Planck instituut zijn er verschillende voorbeelden waarbij de Amerikaanse bedrijven de wetenschappelijke integriteit in het geding brachten. Zo zouden Zoom en YouTube live streams van een Palestijnse spreker op universitaire symposia hebben geblokkeerd omdat de de vrouw in kwestie - Leila Khalid - eind jaren '70 betrokken was bij vliegtuigkapingen. Ook blokkeerde Facebook de accounts van wetenschappers die onderzoek deden naar de algoritmen van dat sociale medium.
Meer zelf ontwikkelen
Pogingen van de overheid en de UNL om afspraken te maken met de cloudbedrijven om academische waarden af te dwingen, noemt Fiebig in het FD naïef. De universiteiten zitten in een positie waarin ze niet kunnen weigeren als de afspraken worden geschonden, stelt hij. De onderzoekers vinden dat de academische wereld meer eigen software en systemen moet ontwikkelen.
Die oproep is geen loze wens of slechts een theoretische mogelijkheid. Het world wide web, zeg maar de belangrijkste toepassing van het internet zoals de meeste mensen het kennen, is immers eind vorige eeuw ontstaan bij het Zwitserse fysisch onderzoekscentrum CERN. Recenter heeft SURF - de Nederlandse ICT-samenwerkingsorganisatie van het onderwijs en onderzoek - een eigen systeem voor videobellen ontwikkeld. Dat alternatief voor Zoom, Teams, Skype en meer is echter gestrand omdat de universiteiten liever de gangbare commerciële systemen willen gebruiken.
Reacties
Om een reactie achter te laten is een account vereist.
Inloggen Word abonnee