Universiteiten zetten samen AI in voor preventieve gezondheidszorg

“Als je structurele stappen wilt maken in de preventie van verschillende aandoeningen moet je een combinatie maken van factoren die met de persoon te maken hebben, zoals leefstijl, invloeden vanuit de omgeving en technologie”, vertelt Carmen van Vilsteren, director health bij de TU/e. Verschillende aandoeningen hebben namelijk diverse oorzaken. Te weinig beweging kan invloed hebben op de gezondheid, maar een ongezonde leefomgeving ook.

De verschillende universiteiten en het UMC Utrecht deden al onderzoek naar dit soort invloeden. Met de nieuwe kennisalliantie wordt de combinatie gemaakt. “De combinatie van onderzoeksdata van personen en levensstijlen met technologie en data over de omgeving, geeft ons een unieke positie in Nederland. Daarmee kunnen we duurzame innovaties ontwikkelen voor de preventie van allerlei ziektes.”

Bij het onderzoek wordt ook gebruikgemaakt van AI. “Je hebt te maken met allerlei soorten data die met elkaar gecombineerd moeten worden. Als je daarop voort wilt bouwen, is AI een belangrijk hulpmiddel”, vertelt Van Vilsteren. De vier partners willen nieuwe AI-technieken gaan ontwikkelen waardoor een betere en grotere impact mogelijk wordt op het gebied van preventie en zorg, zoals betere technieken voor het stellen van een vroege diagnose.

Samenwerking niet helemaal nieuw

Met de nieuwe alliantie wordt het mogelijk voor wetenschappers bij de vier organisaties om nauwer samen te werken. Toch is de samenwerking niet geheel nieuw. Het UMC Utrecht, de UU en de TU/e werken al een aantal jaren samen bij verschillende onderwerpen, waaronder regenerative medicine en medical imaging. Nu heeft de WUR zich daar dus ook bij aangesloten.

De kennisalliantie richt zich bovendien niet alleen op gezondheidszorg. Ook is er onderzoek binnen de onderwerpen circular safe society en living technologies, en is er onderzoek dat specifiek door jonge, veelbelovende onderzoekers gedaan wordt. “Het gaat echt over een breed pallet van activiteiten die elkaar moeten versterken, zodat we met zijn vieren een aantal unieke dingen kunnen doen”, aldus Van Vilsteren.

De vier organisaties hebben daarnaast aangekondigd in de komende acht jaar zelf in totaal 50 miljoen euro te investeren. Dat geld wordt over de vier onderwerpen verdeeld. Daarnaast rekenen de organisaties op een verdubbeling van die middelen door samenwerking met externe partners in het bedrijfsleven en maatschappij, en wordt er gezocht naar aanvullende investeringen vanuit externe fondsen.