Wanneer gaat IT sexy worden in de politiek?

Zo midden in verkiezingstijd lijkt het dan ook lang geleden dat minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid aan de tand werd gevoeld over het GGD-datalek. En dat er grote paniek was over platgelegde systemen bij de gemeente Hof van Twente en dat daarvoor de gemeente Lochem de pineut was. En oh ja, de Universiteit Maastricht. Dan was er ook nog de Citrixtoestand. Zo kan ik nog wel even doorgaan.

IT wordt – mede door corona – een steeds grotere bouwsteen van de samenleving, zo werd maar weer eens duidelijk tijdens het GGD-datalek. Maar omdat politici niet goed zijn ingevoerd in IT, gaat het na zo'n IT-debacle in de Kamer toch vooral over de poppetjes en minder over de inhoud. Zeker in de campagneperiode.

Toch zijn partijen allang niet meer 'IT-blind'. De ‘digitale’ ambities zijn groter dan ooit. In de partijprogramma’s staan veel ambitieuze plannen over hackers buiten de deur houden, de schaduwzijde van algoritmen tegengaan en het inperken van de groeiende macht van techreuzen. Om echt de daad bij het woord te voegen, zijn er goed ingevoerde politici nodig. Zeker nu bekende ‘IT-politici’ zoals Kees Verhoeven, Kathalijne Buitenweg, Jan Middendorp en Chris van Dam de Kamer gaan verlaten.

Maar wie volgt ze op? Je zou verwachten dat er op de kandidatenlijsten een stevige line-up aan IT-kennis staat, maar niets is minder waar. AG Connect analyseerde de kandidatenlijsten en kwam verrassend weinig IT-kennis of ervaring tegen bij de bovenste namen. Onder meer ‘IT-politica’ Astrid Oosenbrug sprak haar zorgen hierover uit. Tegenover NRC vertelde ze al dat Kamerleden ‘ICT niet sexy’ vinden. Degenen die wél kennis hebben, kregen alleen onverkiesbare plekken aangeboden. 

Je zou kunnen zeggen: partijen slaan IT'ers over op de lijst, omdat ze willen scoren met 'mainstream' onderwerpen. Maar een beetje zelfreflectie bij de kiezers is ook nodig. Als kiezers hun stem meer van aanwezige IT-kennis zouden laten afhangen, dan komt de rest vanzelf. Inclusief de grote beloftes.