Het opvallendste nieuws volgens Patrick Bliemer

De aanschaf van productieapparatuur voor chips, en dus de resultaten van de fabrikanten van die apparatuur, is een bekende graadmeter voor de chipindustrie. Als de verkoop van die apparatuur aantrekt verwachten de chipproducenten kennelijk dat de chipmarkt groeit - en omgekeerd. Het opvallende zit in de staart van het bericht: marktleider ASML is van de troon met een huidig marktaandeel van 12,8 procent. Vorig jaar nog investeerde Intel fors in ASML. Hoe zit dat dan?

Patrick BliemerMeer van deze auteur

Om te beginnen zegt Gartner dat de vraag naar productiemachines voor microprocessors toenam, maar niet genoeg om de teruggang van geheugengerelateerde productie te compenseren. Dit geeft aan dat de vraag naar microprocessors wel groeit. Maar de productie van nieuwe processors – en het bouwen van nieuwe fabrieken waar die chips gemaakt worden - vereist steeds grotere investeringen. En die zijn door chipleveranciers met een omzet van pakweg minder dan $10 miljard niet langer op te brengen. Dat maakt een shake-out onvermijdelijk zodat er op termijn wellicht maar 6 tot 7 chipfabrikanten overblijven. Wie heeft straks de “last fab standing”?

Of de resultaten van de productieapparatuur voor chips dan nog steeds een goede graadmeter zijn van waar het met de chipmarkt naartoe gaat? Dat denk ik zeker. Wel zal er onvermijdelijk meer consolidatie komen in de sector en zal ook de samenwerking met chipmachinefabrikanten in de toekomst nog toenemen. Dat is niet alleen nodig vanuit kostenperspectief maar ook om het huidige innovatietempo aan te kunnen houden of zelfs nog te kunnen versnellen. Dat tempo wordt aangegeven door de bekende Wet van Moore en daarvan is het einde nog lang niet in zicht.