Overbodige telefooncel mag verdwijnen

Heemskerk maakt een einde aan het Besluit Universele Dienstverlening, een wettelijke bepaling die momenteel één 'openbare spreekgelegenheid' op 5000 inwoners voorschrijft. Op circa 16 miljoen inwoners betekent dit dat er nog 3200 telefooncellen verspreid over het land beschikbaar moesten zijn. De verplichting is na overleg tussen KPN en de overheid in 2004 gehandhaafd, onder andere met het oog op de openbare veiligheid (het kunnen bellen van alarmnummer 112).

KPN heeft nu nog zo'n vierduizend telefooncellen op straat staan. Daarvan zijn er 1800 niet rendabel, zei een woordvoerster van het telecombedrijf vandaag tegen het ANP KPN wil gemeenten voorstellen dat ze bij winst een deel van de opbrengst kijgen en bij verlies meebetalen aan de kosten.Er blijven wel cellen staan op stations en in wijken waar veel ouderen wonen. Heemskerk verwacht dat ook in stadscentra waar veel toeristen komen telefooncellen blijven bestaan. Hij denkt dat er ook plaats blijft voor betaaltelefoons op bijvoorbeeld campings en bungalowparken, waar de eigenaar er nog wat aan kan verdienen.KPN overlegt verder met gemeenten of er plekken zijn waar nog wel gebruik wordt gemaakt van de telefooncel. Het telecombedrijf wil graag van de telefooncellen af vanwege de hoge onderhoudskosten en de kwetsbaarheid voor vandalisme.De toenmalige PTT plaatste in 1931 zijn eerste telefooncel op het Valeriusplein in Amsterdam. Nederland kende echter toen al tientallen jaren 'spreekcellen' in bijvoorbeeld stations, kiosken en cafés. Het bezwaar daarvan was dat ze niet 24 uur per etmaal beschikbaar waren.