Jonge programmeur houdt niet van nieuwe talen

De opmerkelijke conclusie komt uit het 2018 Developer Skills Report van HackerRank onder bijna 40.000 ontwikkelaars. Het onderzoek richt zich onder meer op de manier waarop ontwikkelaars in aanraking zijn gekomen met coderen. Zo bleek één op de vier al te programmeren voordat zij 16 jaar werden.

Ontwikkelaars werken het liefst wanneer het hen zelf het beste uitkomt en zoeken vooral naar een goede balans tussen werk en privé-leven. Ze blijken ook een onstilbare honger naar leren te hebben.

Des te opmerkelijker is het feit dat jonge programmeurs een voorkeur hebben voor de gevestigde talen. Dat zou kunnen komen door de ervaring die oudere programmeurs wel hebben, is de verklaring die Adobe-ontwikkelaar Fil Maj suggereert op TechRepublic. De voordelen van de nieuwe talen zie je pas als je jaren hebt geworsteld met de oudere, zegt hij.

Tussen 18 en 24 geeft 88 procent aan fan van Python te zijn, gevolgd door C++ (61%), JavaScript (59%), C (59%) en Java (58%). Oudere programmeurs houden juist van Go (47% tussen 15 en 34, 54% tussen 35 en 44 en 68% tussen 45 en 54).

Wat je programmeert, bepaalt de taal

De vraag is overigens hoe belangrijk het is wat je een fijne taal vindt om in te programmeren. Doorgaans bepaalt de opdracht die je moet klaren, welke taal je daarvoor inzet. Go mag dan een mooie taal zijn, maar is vooral handig voor heel specifieke opdrachten zoals het ontwikkelen van infrastructurele code, bijvoorbeeld voor netwerken of softwareplatforms. Voor het ontwikkelen van apps ben je echt aangewezen op JavaScript en voor het ontwikkelen van games heb je meer aan C of C++.