Europa moet een nieuwe (digitale) Airbus bouwen

China investeert inmiddels tot 2030 een behoorlijke 150 miljard dollar om zich te ontwikkelen tot dé autoriteit op het gebied van AI. Ook de Verenigde Staten zitten niet stil: daar beginnen 4 keer meer startups een bedrijf in de branche, en die startups ontvangen ook nog eens acht keer méér investeringen dan Europese concurrenten. Dat is ook niet gek, aangezien Europa uit zoveel verschillende landen bestaat en samenwerkingen tussen landen nog altijd incidenteel, in plaats van structureel, zijn. Als Europa de weg bleef bewandelen die het voor 2019 insloeg, zouden landen nog meer achterlopen. Toen kwam de pandemie, en die veranderde alles.

Gelijk speelveld

De coronacrisis ging als een zeis over het Europese economische graanveld. Organisaties die totaal niet met digitalisering bezig waren knakten. In het verleden was een digitale focus vaak optioneel voor veel bedrijfsbranches.  De crisis dwingt bedrijven nu met hun digitale architectuur bezig te zijn, en dat drijft digitale innovatie. De pandemie is wat dat betreft een geluk bij een ongeluk: het jaagt innovatie aan in een branche die in Europa wat leek ingedut. Europa start nu de inhaalrace. Om écht bij te blijven, moeten de landen echter samenwerken.

Een nieuwe Airbus bouwen

Op de ‘Paris Air Show’ in 1965 staken de hoofden van verschillende grote Europese vliegtuigmaatschappijen de koppen bij elkaar. Ze hadden er allemaal baat bij een vliegtuig te ontwikkelen dat tegen betaalbare prijzen meer dan honderd passagiers kon vervoeren. Door samen te werken lukten de maatschappijen het de Airbus te ontwikkelen, dat was alleen niet gelukt. Door gebruik te maken van elkaars expertise en productiecapaciteit ging Europa succesvol de strijd om het luchtruim aan.

Dat moet Europa nu ook voor AI, 5G en andere IT-technologieën doen. Europa is een thuis voor verschillende technologische hotspots, waarvan de Brainport rond Eindhoven er slechts één is. Alle lokale economieën zouden baat hebben bij meer gecoördineerde samenwerking tussen landen. Het is dat, of een bijrol spelen in de wereldeconomie.