Cybercrime overtroeft inbraken en overvallen

De Nederlands politie heeft vorig jaar bijna 797.000 misdrijven geregistreerd, wat een stijging van bijna 7% is ten opzichte van 2021. In 2019 waren er in totaal 803.000 aangiftes, meldt het AD nu dat inzage heeft gehad in de misdaadcijfers over 2022. De politie ziet dat de misdaadcijfers toenemen én dat er daarbij een verschuiving plaatsvindt. Klassieke misdaden zoals fysieke inbraken en overvallen blijven vooralsnog laag.

Neveneffect lockdowns

Zo waren er vorig jaar 670 overvallen, wat 43% minder is dan het jaar ervoor én een historisch laag aantal. Ook woninginbraken zijn flink afgenomen: met 38% naar ruim 24.000 gevallen. Het aantal straatroven is ook gedaald: met 34% naar 2.500 stuks. De daling in dit soort klassieke soorten misdaad loopt al jaren, maar is door de coronacrisis flink versterkt, aldus de politie. Gedwongen winkelsluitingen en thuiswerken weerhouden misdadigers van overvallen en inbraken.

Ondertussen nemen digitale misdaden toe, waarbij criminelen op afstand veel meer doelwitten kunnen treffen. Daarbij leidt het weer openen van de maatschappij en economie, met het afnemen van de coronacrisis, nu níet tot een terugkeer van de klassieke misdaad. Online-oplichting en online-fraude zijn sinds het uitbreken van de coronapandemie (begin 2020 in Nederland) sterk gestegen en dat blijkt een blijvende trend te zijn.

Jonge aanwas en vanuit huis

In 2019 heeft de politie 4.715 aangiftes van cybercriminaliteit gekregen, maar vorig jaar waren dat er 13.949. In coronajaar 2021 was dit bijna drie keer zo grote aantal al bijna net zo groot. De politie verklaart dat er sprake is van veel 'jonge aanwas' en een lage drempel om aan cybercrime te beginnen. De benodigde kennis en middelen voor het plagen cybermisdrijven is online goed beschikbaar en uitvoering is makkelijk vanuit huis te doen, legt de politie uit aan het AD.