Datacentra zijn makkelijk doelwit
Amsterdam heeft een grote concentratie aan datacentra. Vorige maand gaf de gemeente al aan een stop te willen zetten op de bouw van nieuwe datacentra - al dan niet tijdelijk. Energiebedrijf Alliander deed er deze week nog een schep bovenop door te stellen dat het stroomnet in de stad aan zijn grenzen zit en de uitbreiding van de capaciteit zeker 8 jaar duurt.
Ook Alliander wees de snelle groei van de datacentrumcapaciteit in de regio als risicofactoren voor een overbelasting van het net de komende jaren naast de overschakeling van woningen op gas, meer laadpalen voor elektrische auto's en ook de groei van het aantal zonnepanelen. De zorgen van de netbeheerder steunen het voorbereidingsbesluit van de gemeentes Amsterdam en Watergraafsmeer om de bouw van datacentra voorlopig aan banden te leggen.
Ontwikkeling al 10 jaar bekend
De argumentatie deugt niet, stelt Michiel Steltman, directeur van de koepel van brancheorganisaties van de digitale infrastructuur in Nederland (DINL). De overheden weten immers al jaren dat deze ontwikkeling eraan komt. "Tien jaar geleden riepen ze nog dat de komst van de nieuwe digitale infrastructuur prachtig was. Vanuit de industrie is meermaals gewezen op de noodzaak voor groeiplannen en het aanpakken van knelpunten, ondermeer door Job Witteman, toen directeur van internetknooppunt AMS-IX en door de datacenterbrancheorganisatie DDA. Toen hadden ze nieuw beleid moeten maken. Nu blijken de knelpunten van het verouderde beleid en daar krijgen de datacentra de schuld van."
"Maar het is te gemakkelijk om alleen te wijzen naar de datacentra als grootverbruikers van energie. Gemeenten laten voor het gemak de groei van Schiphol als grootverbruiker van stroom, de uitbreiding van het openbaar vervoer of de eigen activiteiten buiten beeld. En denk eens wat de bouw van nieuwe opstelpunten voor het 5G mobiele netwerk gaat betekenen voor het elektriciteitsnet. Ook daar kunnen gemakkelijk knelpunten ontstaan."
Datacentra vestigen zich niet voor niets in de regio Amsterdam. Daarbij moet onderscheid worden gemaakt tussen drie soorten datacentra:
- de hyperscalers, ofwel de datacentra die maar één partij bedienen namelijk zichzelf zoals Google of Microsoft,
- de internationale carrierneutrale datacentra, die typisch een groot aantal klanten hebben en verbindingen met veel netwerkaanbieders
- de regionale datacentra die verspreid door het land meer de lokale klanten bedienen
Vooral de carrier-neutrale datacentra hebben er belang bij vlak bij Amsterdam te zitten omdat daar ook het knooppunt AMS-IX zit, veel netwerkaanbieders en ook het ecosysteem van klanten met allemaal hun eigen apparatuur en services. Bij hyperscalers speelt dat veel minder. Google en Microsoft bouwen hun nieuwste megadatacentra dan ook in Noord-Holland, bij Agriport in Middenmeer of in de Eemshaven in Groningen waar nog wel meer ruimte en stroom is en de reisafstand voor klanten geen rol speelt. Maar ook deze datacentra zijn voor hun koppelingen afhankelijk van de metropoolregio Amsterdam.
Reacties
Om een reactie achter te laten is een account vereist.
Inloggen Word abonnee