Google ziet opnieuw kans om internet sneller te maken
Dat team heeft nu TCP in het vizier. Het Transmission Control Protocol, dat het opzetten en onderhouden van verbindingen op internet reguleert, bestaat al ruim 37 jaar. In de ontwerpbeslissingen die destijds zijn genomen, zit inmiddels genoeg ruimte voor verbetering, blogt Yuchung Cheng van Googles Make The Web Faster Team.
Vier verbetermogelijkheden
Cheng ziet vier verbetermogelijkheden. De eerste betreft het aantal pakketjes dat bij het opzetten van een verbinding wordt uitgewisseld. Op dit moment is dat beperkt tot drie; daarna moet de zender wachten op een ontvangstbericht. Door dat in de eerste zending toegestane aantal te verhogen tot tien pakketjes kan gemiddeld 10 procent tijdwinst worden geboekt, stelt Cheng. Extra winst val te boeken door voortaan toe te staan dat bij het opzetten van de verbinding ook al HTTP-requests meegestuurd kunnen worden, luidt voorstel twee. Toepassing van TCP Fast Open, zoals deze techniek gedoopt is, kan laadtijden met 10 procent, en soms zelfs 40 procent, versnellen.
Voorstel drie betreft de instelling van de time-out-klok van TCP. Een station wacht na verzending nu 3 seconden op bevestiging van ontvangst door de geadresseerde voordat geconcludeerd wordt dat het verzenden is mislukt; de kennelijk verloren gegane pakketjes worden dan opnieuw verstuurd. Die timer kan in hedendaagse netwerken makkelijk op 1 seconde worden gesteld, waardoor onnodige wachttijden worden geëlimineerd. Het vierde voorstel betreft toepassing van Proportional Rate Reduction - dat al onderdeel is van de Linux-kernel - voor TCP. Dat is een nieuw algoritme om de zendsnelheid aan te passen aan het aantal niet gearriveerde pakketjes. Het nu toegepaste algoritme reageert daar te sterk op, wat de prestaties drukt.
Overstap zaak van lange adem
De eerste reacties op het voorstel van Google zijn voorzichtig positief, al zijn er wel zorgen over mogelijke repercussies voor de internetinfrastructuur en compatibiliteit met het bestaande TCP - dat natuurlijk niet in één klap zal verdwijnen. Invoering zal in ieder geval een zaak van lange adem worden; de voordelen worden alleen genoten in verbindingen waarin het vernieuwde protocol aan beide zijden wordt gebruikt.
'Speedy' maakt opgang
Met het SPDY-protocol heeft Google wel bewezen over die lange adem te beschikken. Dat protocol, dat inefficiënties uit het HyperText Transfer Protocol haalt, introduceerde Google eind 2009. Sinds de zomer van vorig jaar gebruikt Google het voor al zijn internetdiensten; SPDY maakt het verkeer met computers die het protocol gebruiken 15 procent sneller. Aanvankelijk was Googles browser Chrome de enige die SPDY ondersteunde, maar inmiddels heeft ook Amazon het protocol toegepast, in zijn browser Silk. Mozilla heeft ondersteuning van SPDY voor versie 11 op de agenda staan.
Inmiddels ligt er ook een pleidooi om SPDY op te nemen in de HTTP-standaard. Pleitbezorger is Mark Nottingham, voorzitter van de HTTPbis-werkgroep van de Internet Engineering Taskforce. In het kader van HTTPbis schaaft de internetgemeenschap aan versie 1.1 van het protocol. Volgens Nottingham is de tijd rijp voor een grondige vernieuwing van deze in de basis al weer 15 jaar oude versie. SPDY zou onderdeel moeten worden van dat HTTP 2.0, zoals Nottingham het voorlopig heeft genoemd. Zijn voorstel is om in mei een conceptversie gereed te hebben, en in juli 2013 een nieuwe standaard.
Reacties
Om een reactie achter te laten is een account vereist.
Inloggen Word abonnee