Intel houdt 2e generatie ultrabooks ten doop

De gewichts- en volumebesparing bij ultrabooks ten opzichte van gewone notebooks zit onder meer in het weglaten van de optische drive onder het motto "wie gebruikt er nou nog dvd's?", het dunner maken van het display (geen 5 maar 3 mm), de vervanging van harde schijf door SSD (geen 9,5 maar 7 mm dik) en de ontwikkeling van plattere batterijen (van 18 mm terug naar 6,5 mm). Wat ook helpt is dat de processor direct op het moederbord is gesoldeerd en niet meer in een chipvoetje (socket) steekt. Bovendien is de processorkoeler geslonken van 9 naar 6 mm hoog.

Ivy Bridge biedt meer mogelijkheden om aan de doelstelling voor ultrabooks te voldoen, doordat het energieverbruik van de processors is teruggebracht van 35 naar 17 watt. Tegelijk is de performance van de Core i3-, i5- en i7-processors toegenomen. Intel heeft ook gezorgd voor snellere ‘integrated graphics’, al blijft een aparte videokaart voor het zware werk onmisbaar .

Aanbod 1e generatie was beperkt en duur

De eerste generatie ultrabooks kwam vorig jaar op de markt. Het aanbod was getalsmatig beperkt : 21 modellen, voornamelijk met 13 inch-scherm. Intel had de ‘vanaf’-prijs op 899 euro gesteld, maar veel modellen waren aanzienlijk duurder. Fabrikanten gaven in eerste instantie de voorkeur aan luxe modellen met exotische, kostbare materialen.

Intel wil van dat exclusieve karakter van ultrabooks af. Ze moeten nu ‘mainstream’ worden. De ondergrens van de winkelprijs is verlaagd naar 699 euro. Naast de 13-inchmodellen komen er ook ultrabooks met kleinere (11 inch) of grotere (15 inch) beeldschermen.

Nu ook zakelijke ultrabooks te koop

Bovendien wordt de doelgroep verbreed van alleen de consument naar de zakelijke markt. Al stelt Intel voor die nieuwe categorie geen specifieke eisen, fabrikanten kunnen nu wel beschikken over vPro-versies van de energiezuinige Core-processors. vPro-chips bieden zakelijke klanten extra mogelijkheden voor beheer en beveiliging van hun machinepark.

Op dit moment zijn er al 110 modellen van de nieuwe lichting ultrabooks in ontwikkeling of op de markt gebracht. Niet al die modellen zullen overigens ook in Nederland verkrijgbaar zijn.

Voor de 2e generatie is de definitie aangescherpt van wat een ultrabook (minimaal) in huis moet hebben. Zaken die vorig jaar nog optioneel waren, zijn nu verplichte kost als een fabrikant de naam ultrabook wil gebruiken. Dat geldt bijvoorbeeld voor de inbouw van een USB 3.0- of Thunderbolt-poort.

Roadmap wordt continu verder ontwikkeld

Volgens Patrick Bliemer, managing director Intel Noord-Europa, wordt de roadmap voor ultrabooks continu verder ontwikkeld. Dat zou kunnen betekenen dat in een volgende generatie zaken als een aanraakscherm (nu nog optioneel), spraakherkenning of bediening met handgebaren verplicht worden gesteld.

Intel nam een voorschotje op dergelijke noviteiten om aan te tonen dat ultrabooks nu al krachtig genoeg zijn om de technologie te ondersteunen. Dat werd onder meer gedemonstreerd door het dicteren van teksten in Word met behulp van Dragon Naturally Speaking, een applicatie van softwareleverancier Nuance. Het Belgische bedrijf SoftKinetic uit Brussel ontwikkelde een ‘dieptesensor’ die de handgebaren van een gebruiker detecteert en interpreteert.

Acht fabrikanten tonen nieuwste modellen

Intel hield de nieuwe generatie ultrabooks ten doop in het filminstituut EYE aan de noordelijke IJ-oever in Amsterdam. Naast de chipfabrikant zelf waren daar 8 pc-leveranciers present om hun nieuwste ultrabooks te laten zien: Acer, Asus, HP, Toshiba, Fujitsu, Samsung, Sony en het Nederlandse assemblagebedrijf BTO. Sommige van deze fabrikanten - zoals Sony en Toshiba - blijken inderdaad kans te hebben gezien hun goedkoopste modellen voor 699 euro op de markt te brengen.

Oorspronkelijk zou ook Lenovo van de partij zijn, maar die had op het laatste moment afgezegd. Lenovo geeft volgende week wel een eigen presentatie.