Verdeling 100 miljoen steun techstarters erg complex

De steun die het kabinet toezegt volgt op vergelijkbare acties in omringende landen. Zowel investeerders als starterscommunities hebben respectievelijk bij de Nederlandse overheid en de Europese Commissie aangedrongen op een ondersteuning van de technologiestarters. De crisis heeft grote gevolgen voor deze bedrijven. Nu een sanering in deze sector ondermijnt de initiatieven om de Europese innovatie op te stoten in de vaart der volken en zo bij te blijven bij ontwikkelingen in de Verenigde Staten en China. Volgens de investeerders staan in Nederland alleen al 53.000 banen op de tocht.

Patrick de Zeeuw, medeoprichter en ceo van Startupbootcamp vindt dat de overheid wel een rol heeft in het ontwikkelen van de startersgemeenschap maar maakt wel wat nuance. "Eigenlijk zijn de scale-ups met zo'n 5 tot 10 miljoen of meer aan omzet en al heel wat personeel in dienst en in een sector die hard wordt geraakt, het meest kwetsbaar." Het gaat dan bijvoorbeeld om scale-ups die technologie ontwikkelen voor de reisbranche, retail en de horeca. "Die scale-ups zijn vaak nog niet cash-positive, maar hebben wel al forse vaste lasten omdat de kosten voor het ontwikkelen van bestaande en nieuwe markten voor de baat gaan. Als dan de omzet sterk terugvalt kom je snel in problemen."

Sommige scale-ups floreren

Maar hij schetst ook het beeld van scale-ups die juist uitstekend draaien als gevolg van de crisis, zoals een bestelsupermarkt als PicNic. Verder zijn er de echte startups die naast de oprichters misschien nog een of twee ontwikkelaars in dienst hebben. Uit een belronde langs startups die aan Startupbootcamp hebben deelgenomen, blijkt dat een groot aantal van de startups uit investeringsronden tijdens of na het Startupbootcamp-programa financiering hebben voor wel zes of twaalf maanden. "Misschien remmen ze hun ontwikkeling en groei een beetje af, maar dat zijn toch al bootstrappers. Die kunnen vaak nog - afhankelijk van de sector waar ze zich op richten - wel even verder."

De financierders hebben het lastiger èn de mensen die nu op zoek zijn naar hun eerste financiering. De financierders hebben nog niet al het geld belegd wat zij hebben opgehaald bij private investeerders of andere fondsen. Daar moeten ze nu wat mee, want op de bank laten staan levert niks op. Ze kiezen echter wel voor zekerheid, weet De Zeeuw, dus zijn eerder geneigd te investeren in de sterke veelbelovende bedrijven in hun bestaande portefeuille. Maar dat strookt weer niet met hun principes hun investeringen zo goed mogelijk te spreiden.

Sterke entrepreneurs zien kansen

"Aan wie ga je nu extra overheidsgeld geven?", vraagt De Zeeuw zich af. "Dat moet wel op een heel transparante en doordachte manier gebeuren. Ik heb met bedrijven in onze portefeuille de afgelopen weken al zeker acht nieuwe businessmodellen bedacht waarvan er nu al twee geld opleveren. De nieuwe situatie creëert ook kansen."

De Zeeuw denkt dat "rust in het hoofd" wellicht wel het belangrijkste is waar innovatieve entrepreneurs nu behoefte aan hebben. "Als je nog een 'runway' van zes maanden hebt kun je creatief zijn."

Hij is gecharmeerd van de manier waarop in Duitsland de ondersteuning wordt aangepakt. Ondernemers kunnen daar per oprichter een lening van 35.000 euro krijgen tegen bijna geen rente, dus heel persoonlijk. Daar kunnen ze mee in levensonderhoud voorzien. Als ze kunnen aantonen na twee jaar dat de crisis hen heel hard heeft geraakt, hoeven ze maar de helft terug te betalen.

Hoe de 100 miljoen van de overheid precies wordt verdeeld, is nog niet uitgekristalliseerd. De overheid laat het aan de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen over. Eind april wordt daarover meer duidelijk.